Technische Informatie over de Antonov 2

Onder de Nato codenaam Colt is het prototype AN2 ontwikkeld door de constructeur Oleg K. Antonov. Hij deed dit in opdracht van het ministerie voor land-en bosbouw als opvolging voor de tot dan toe ingezette Polikarpow Po-2. De eerste testvlucht van de AN2 vond plaats op 31 augustus 1947.

Om aan de gestelde eisen t.a.v. het ontwerp te voldoen zoals multi-inzetbaar, robuust, hoge beladingsgraad en zeer korte start- en landingsbaan nodig construeerde Antonov in een tijd dat dubbeldekkers niet meer gebouwd werden op basis van een goed onderbouwd concept en wetenschappelijke studie toch een dubbeldekker. Het ontwerp was zo geniaal dat er maar liefst 18.000 stuks van gebouwd werden. Fabrieken die de AN2 bouwden stonden in Kiev, Lizenz, een fabriek in polen en twee fabrieken in China. De AN2 behoort daarmee tot de 4 meest gebouwde toestellen in de wereld.

Het vliegtuig voldeed in 1947 al aan de huidige standaardeisen. Gedurende de productiejaren zijn talrijke uitvoeringen ontwikkeld naast de landbouwversie zijn er  diverse passagiersuitvoeringen , transport-,  ambulance- en combi-uitvoeringen gebouwd. De AN2 was er ook in de uitvoering op ski’s en drijvers. De vliegtuigen lieten zich gemakkelijk zonder al te veel tijd ombouwen naar andere uitvoeringen. Verder zijn er ook speciale uitvoeringen gebouwd, als vliegtuig voor meteorologische waarnemingen en uitvoeringen met een turbine motor. Er is zelfs een tweemotorige uitvoering geweest.

DSC_6259

Hoewel de romp volledig van metaal is gemaakt met een rechthoekige dwarsdoorsnede voorzien van ronde hoeken zijn de vleugels, hoogteroer en kielvlak met linnen bespannen. De bovenste vleugel is voorzien van zgn. slats die automatisch naar beneden komen bij een snelheid onder de 110km/uur. Hiermee wordt de zgn. overtreksnelheid verlaagd. Het vliegtuig is voorzien op de bovenste vleugel van rolroeren die tevens dienst doen als landingskleppen en er voor zorgen dat de landingssnelheid extreem laag wordt. De onderste vleugel is enkel voorzien van landingskleppen. Hoewel de roeren dmv van stangen, kabels en katrollen mechanisch bediend worden, werken de klappen elektrisch d.m.v. stappenmotoren. Het vliegtuig wordt gedurende de vlucht d.m.v. elektromotoren getrimd.

De AN2 is naast een hoofdonderstel voorzien van een staartwiel. De vering van de wielen gebeurt d.m.v. vloeistofdemping en het remmen gebeurt d.m.v. lucht.
De luchtgekoelde stermotor, ASCH62 van maar liefst 1000 PK is voorzien van 9 cylinders en heeft een verbruik van plm. 200 liter per uur. De cylinderinhoud is 30 liter
De motor is doorontwikkeld op basis van een voor de 2e wereldoorlog verkregen licentie voor de bouw van de beroemde Amerikaanse Wright Cyclone R 1820 welke onder andere in de DC3 werd gebruikt. De motor kan probleemloos zonder stroombron met een zwengel gestart worden.

De propeller met diameter van 3,60 meter , type AW2 is er een met een verstelbare spoed, in de start en landing geeft de propeller veel trekkracht maar ook veel weerstand. Gedurende de vlucht wordt de propeller versteld en wordt de weerstand zodoende verminderd en komt dit ten goede aan de kruissnelheid van bijna 180 km/uur.

De stroomvoorziening wordt geleverd door een generator die constant 28volt wisselstroom levert. Twee omvormers leveren vanaf hier 36 en 110 volt gelijkstroom voor o.a. de navigatiesystemen en radarhoogtemeters.

Het meest unieke van dit toestel is dat in het vluchthandboek staat dat in geval van motorstoring en men vliegt in de wolken (niet op zicht), de vlieger enkel de stuurkolom naar zich toe moet trekken en de vleugels middels waarnemingen op het instrumentenpaneel horizontaal moet houden. De snelheid zal vervolgens teruglopen, de slats komen naar buiten en het vliegtuig zal als een soort van parachute dalen. Het speciaal ontworpen landingsgestel zal afbreken en de klap opvangen. De snelheid waarmee men op de grond komt is 30km/h. Wij laten niks aan het toeval over en vliegen uiteraard enkel in goede zichtcondities zodat we ten allen tijde een veilige plek kunnen vinden om het toestel netjes aan de grond te zetten.